Vanochtend beefde de Groningse bodem en alle Groningse kinderen beefden mee. Hun kleine bedjes schudden…

En nu is het onze beurt | Column van Claudia
Het is weer zoals ongeveer vier jaar geleden. Iedereen om me heen is zwanger van kind nummer twee (of drie). Na een periode van relatieve rust in de brievenbus, floepen de geboortekaartjes weer rijkelijk en worden er weer veel (trotse) broers en zussen geboren. Dus nu is het onze beurt!
Euh, wat? Ja, mensen. Nu is het onze beurt! Dochterlief is immers ál drie jaar. Hoog tijd voor die tweede. Misschien sjeest een deel van jullie nu naar de reactieknop om ons te feliciteren. Eindelijk! Maar HO (voor de mensen die er nog zijn).
Héél gelukkig met één kind
Het hoeft niet. Net als die opmerking. Elke dag. En dan overdrijf ik niet. Buiten het feit dat het best brutaal is, ook best frustrerend na verloop van tijd. Want waar bemoeien mensen zich soms mee. Wij lopen nu niet in de pas met de Gemiddelde Nederlander, en blijkbaar is dat een vrijbrief voor het opdringen van meningen en de standaard.
Wij hebben, na een valse start, het geluk gehad om één geweldig kind op de wereld te mogen zetten. Voor zover we weten gezond en daar zijn we heel dankbaar voor. Niet vanzelfsprekend, dat ervaren veel mensen helaas dagelijks. En daarnaast: resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst.
Dat terzijde, wij zijn behalve dankbaar ook héél gelukkig met één geweldig kind. In ons geval is het namelijk een keuze. Een gezin van drie in totaal. Want dat kan ook. Dat vinden veel mensen geen optie, maar wij wel.

Verwend?
Nee, wij vinden onze dochter niet zielig omdat ze enig kind is. Het is een sociaal meisje van net drie jaar die zelf al regelmatig speeldates regelt. Ze zingt en danst de dag door en kan zich prima alleen vermaken.
En nee, ze is of wordt niet verwend. Daar ben je zelf bij. Vind ik. Ze mag niet alles, krijgt niet alles en moet zich gewoon aan onze regels houden. Net als een gewoon (!) kind met zusje(s) en broertje(s).
Natuurlijk vraagt ze wel eens wanneer haar broertje of zusje geboren wordt. En mijn moederhart, zelf één van een tweeling, slaat dan heus wel over. Heel soms begint die dan ook wel te twijfelen. Want ze zou zeker een toffe zus zijn. En hoe gezellig, nog zo’n leukerd erbij. Maar ik ben ook een nuchtere Groningse: wat niet weet wat niet deert. Ik ken de wereld aan enig kinderen die gelukkig zijn. En ook de wereld met broer(s) of zus(sen) die dat een stuk minder zijn, maar daar hoor je vaak niemand over.
Geluk
Voor ons is dit om allerlei praktische en gevoelsmatige redenen voor nu en in de toekomst de optimale gezinssamenstelling. Ik tel en koester mijn zegeningen. Ik geef de beurt graag door aan mensen die ook het geluk van in ieder geval één kind mogen ervaren.